moderne kunst

Liefde voor Kunst in de Lage Landen: Richard Jackson SMAK 2014

Geplaatst op

101_0119

Richard Jackson: “Ain’t Painting A Pain”

101_0139

De installaties, sculpturen, maquettes en tekeningen van de Amerikaan Richard Jackson, dit jaar 75 jaar oud, waren voor het laatst ter wereld te bezichtigen in Gent en dus togen wij erheen om deze spectaculaire verzameling te bewonderen.

101_0135

Richard Jackson neemt onder meer een loopje met de action painting en zijn resultaten daarvan zijn verbluffend. Hij baseert zich ook op beroemde werken uit de kunstgeschiedenis.

101_0141

Jackson bouwt schildermachines, kamergrote toestellen die hij vult met verf en die via motoren, compressoren, propellers en spuitslangen de verf op muren en doeken slingeren. Deze evenementen leiden tot ‘na-performances’ waarbij het mechanisch geschilderde resultaat dan belangrijker wordt dan de performance op zich.

101_0133

Op de tentoonstelling zien wij schilderijen ‘gemaakt’ door modelvliegtuigen op afstandsbediening, een auto (Ford Pinto), een wasmachine en zo meer. Jackson beschildert bijvoorbeeld doeken door ze langs andere natte doeken te slepen, of langs de muren en vloeren van de expositieruimte. Hiermee bouwt hij vervolgens een labyrint, of een levensgrote geometrische constructie. Vele schilderingen worden na de expositie vernietigd.

101_0138

Dit zijn periodes in zijn oeuvre. Hij experimenteert ook met tijd en projectielen. Zijn versie van La Grande Jatte van Seurat is een schilderij waar hij tot vandaag 90.000 keer op schoot met een hagelgeweer – de in verf gedompelde kogels laten een print na op het doek.

101_0125

Of de kunstenaar bouwt een kamer met duizend zelf gemaakte en synchroon gezette uurwerken.

101_0116

De Dood van Marat van David inspireerde Jackson voor deze begaanbare ruimte.

101_0140

JLDavidMortMarat

Ook het voyeuristische werk van Duchamp “Given” (Etant donnés) krijgt een versie bij Richard Jackson. We zagen deze versie ook bij theaterwerk van Jan Fabre.

101_0128

duchamp

els-etant4

In andere periodes stapelt Jackson 5050 beschilderde doeken en tekent honderden ontwerpen dankzij zijn universitaire opleiding als technisch ingenieur.

101_0152

101_0151

101_0148

101_0130

Volgens een traditie die ergens begon bij onder anderen Edgar Allan Poe, is het oeuvre van Jackson populairder en gekender bij Europeanen en niet-Amerikanen.

101_0145

101_0143

101_0142

101_0146

(Manu Bruynseraede, mei 2014)

101_0149

Jan Fabre: Tragedy of a Friendship

Geplaatst op Geupdate op

Afgelopen weekend bezochten wij de Vlaamse Opera in Antwerpen voor de danstheatervoorstelling Tragedy of a Friendship van de Antwerpse multidisciplinaire kunstenaar Jan Fabre. De theateropvoering gaat op reis in België, Nederland, Frankrijk, Zwitserland en Amerika.

1TragedyFriendshipFabre

(Johann Füssli)

Voor deze recensie baseerde ik me op het prachtige boek dat bij de opvoering te koop is voor 15 euro. Het boek is een vriend voor het leven, omdat aan elk aspect erin alle liefde meegegeven werd die met de realisatie van deze productie gepaard gegaan is. Wij zagen de voorstelling met onze eigen ogen en over die ervaring hoef je misschien niet te spreken of te schrijven; je moet ze gewoon meemaken. Met het boek neem je daarentegen letterlijk beeldschone herinneringen mee naar huis: foto’s van de voorstelling en tekeningen van de hand van de kunstenaar, en teksten in verschillende talen, typografieën en groottes, het originele libretto, curricula van elke deelnemende artiest, een overzicht van de opera’s van Wagner en historische beschrijvingen van de verstandhouding tussen de twee mannen Wagner en Nietzsche – het onderwerp van dit kunstwerk.

2TragedyFriendshipFabre

(Caspar David Friedrich)

Richard Wagner was klassiek componist en familieman.

Friedrich Nietzsche was filosoof en levensgenieter (met de nadruk op ‘leven’).

Wat deze mannen eerst dichter bij elkaar bracht en daarna weer onherroepelijk uiteendreef, was hun tijd.

De tijd was de negentiende eeuw in Duitsland, de periode in de beeldende kunst, filosofie en letterkunde die de Romantiek heet en in die eeuw de hele westerse wereld aanstak tot in het diepst van zijn ziel. De reden voor dit intermenselijke dispuut was dezelfde als de reden waarom politiek kunst kan vernietigen, en de waarheid dat politiek hoogstens kunst kan dienen, maar dat kunst nooit politiek zal dienen.

3TragedyFriendshipFabre

(Jan Fabre)

En bijkomend de wijsheid, dat wie zich beroepsmatig met kunst of entertainment wil bezighouden, alvast best die genres vooraf afzonderlijk bestudeert of lerende opbouwt door ervaring, wetende dat zij genres zijn. Dat zowel de straatzanger als de operazanger dit gevoel kan kennen, vooral om er goed in te willen zijn. Dat zowel de komiek als de ernstige dichter dit gevoel kan kennen, vooral om er goed in te willen zijn. Dat zowel de verkoper van waarheid als de verkoper van illusies dit gevoel kan kennen, vooral om er goed in te willen zijn. Dit gevoel, dat Jan Fabre, even raak treffend als het zwaard in de roos, zo verwoordt:

“Once I saw a syllable

that fell in love with a syllabus.

OK, sorry, I know:

this is not funny.

Let’s try again:

once I saw a word

that fell in love with a sword.

Damn.

What will the lady want of me

if it is not vocabulary?

A wooing song I had to sing?

The sort of lies one tells a king?

When war is near and winter is ahead of us?

So I just sung the truth

but that is a very lonesome syllable,

said Sibylline.

4TragedyFriendshipFabre

(William Turner)

Bijzonder mooi in het boek is het verhaal van componist Moritz Eggert. Zelden las ik zoveel liefde voor een beroep.  De man heeft een zeer indrukwekkend palmares van beroepsprestaties, spreekt over de onwaarschijnlijke uitdaging ‘ik schreef de muziek, de film moest nog komen’ en omschrijft artistieke creativiteit als ‘veelheid toelaten.’ Het gezicht van Eggert siert de affiche, de muziek van de voorstelling is de zijne en bestaat uit vier: Wagner, Wagneriaans, Eggert, en Fabriaans dissonant-atonaal. Hoe deze charismatische man zijn opvoeding bespreekt deed me denken aan een anekdote uit de mijne: mijn vader vertelde me geestig in de drukke dagen van Deus , eind jaren ’70, begin jaren ’80,  dat een kortverhaaltje van hem over stofzuigers en Mozart opgenomen werd in het archief van het Mozarteum in Salzburg. Of het er zich nog steeds bevindt is onwaarschijnlijk: men achtte het niet geschikt voor publicatie wegens te lichtzinnig. Hoe dan ook, enkele weken later publiceerde hij in zijn tijdschrift iets over theedrinken in de tuin met Mozart op de achtergrond, en voetbalgeweld in de verte. De wegen van de Heer kruipen soms waar ze niet gaan kunnen. Als een nieuw muzikaal project gevaar kan inhouden, dan gaat Eggert het gevaar met liefde tegemoet.

Cultuur-essayisme kan iemand als ik beter overlaten aan Stefan Hertmans: in mijn geval kan het woord ‘cultuur’ teveel, te vaak, verkleurd zijn door vreselijk nare persoonlijke belevenissen in een vreselijk nare, veel te kleine wereld. Mijn bewondering voor het libretto van Hertmans is enorm: een tekst die met zoveel woorden, of net niet zoveel woorden, tegelijk het hele Wagner-universum verzinnebeeldt, alsook Nietzsche aan het woord laat in hysterie-aanvallen zowel als in cultuurzwartgalligheid. Het is immers, vooral vandaag, net de kunst om in het kabbelende beekje een kabbelend beekje te blijven zien. Het dus niet nodeloos op te blazen tot een kolkende maalstorm, noch zo hard te relativeren tot er niets van overblijft. Het geschreven beeld van Hertmans is mooi, ja, toch echt wel: een eenzame, gebrekkige man in een bootje op een vuile sloot, voortgetrokken door een zwaan. Cultuurpessimisme welig zien tieren is het gevaar bij een schrijver van het gevaar.

En Jan Fabre, die duivels slimme, knappe maker van het vakmanschap handelaar in schoonheid en heksenkunst, die gaat er gewoon los door, door dat gevaar.

5TragedyFriendshipFabre

(John Boorman)

Fabre vertelde me vorig jaar op een feest over een feest met vrienden van hem (hieronder meer). Hoe hij in zijn nu dertig jaar durend dierenonderzoek wel degelijk liefde opbracht voor het verdrukte dier. En er zelfs van overstroomde: hij had begin jaren ’80 een jongen in een beetje een triestig konijnenpak zien demonstreren in een winkel die diende om te demonstreren in het voordeel van de dieren; in die tijd bestond die winkel nog. Hij had niet alleen de goede zaak gekocht, niet alleen het konijnenpak, maar ook nog eens de jongen die in dat konijnenpak zat. Het was geen mensenhandel, want het was hem om het konijn te doen, en mensenhandel brengt een mens van een gruwelijk lot naar een nauwelijks minder gruwelijk lot. Het was geen slavernij, want de jongen noch het konijn moesten iets concreets doen voor het vele geld dat hij betaalde, en slavernij brengt geen enkele mens verder.

Het was genezing. Genezing door schoonheid. De jongen werd beter en het konijn werd beter. Tegen de tijd dat vervelende politici en extreme groeperingen goed en wel hadden kunnen rondvertellen dat dat alles niet zo was, was het konijn door goede verzorging 12 jaar oud geworden en was de jongen als volwassen man aan een vierde leven begonnen.

6TragedyFriendshipFabre

(Jan Fabre)

De dieren in Tragedy of a Friendship zijn zo mooi als mooie dieren zijn: vissen, zwanen, een vuurvliegje, een zeemeermin en een eenhoorn. Het paard dat door Nietzsche beklaagd werd komt niet in beeld. Nietzsche wel, want die was er veel erger aan toe.

Bijzonder mooi in de danstheatervoorstelling Tragedy of a Friendship zijn de zangstemmen, de woorden en, hoe kan het ook anders, de beelden. Het beste Gesamtkunstwerk als biografisch gegeven zou kunnen heten: begin als Nietzsche, eindig als Wagner, hoewel het omgekeerde vanzelfsprekender of tendentieuzer is.

7TragedyFriendshipFabre

(Caspar David Friedrich)

Bij Fabre is niets vanzelfsprekend, en bestaan er geen tendensen aan een andere kant van de tijd. Bij Wagner, en wie ervan houdt: de muziek, de landschappen, de juffrouwtjes, de helden, de bergen, de drang naar storm, het bezadigde leven. Bij Nietzsche, en wie ervan houdt: het laveloos waanzinnige en ongezonde leven (wat is oorzaak van wat), gevaarlijk mooie of deprimerende theorieën, geen meisje kunnen vinden of houden, God of geen God, de eeuwige terugkeer van het mooiste ogenblik in je leven, en ja, toch wel mooi, eigenlijk: een mens is en blijft eerst en vooral een mens, afgezien van goed of kwaad. Bij Fabre: het ene verbluffend mooie beeld na het andere, vanuit elk gezichtspunt een detail meer of minder.

Telkens weer treft het mij bij werk van Jan Fabre: hoe kan schoonheid zo schoon zijn? Hoe kunnen deze prachtige beelden in het hoofd van deze man ontstaan?

Fabre, Hertmans en Eggert hebben er werk van gemaakt, vooral de lokale kleur van de westerse Romantiek op te roepen. De Harzreis van Heine komt tot leven, de klimtocht naar het dak van de Alpen, waar Goethe zijn liefde voor mens en liefde met een pennenmes in de deur van een blokhut kraste, omdat het hem ontbrak aan een blauwe stylo. Watervalletjes, meanderende riviertjes langs een waterrad, vogeltjes in de dauw, nevelen in het dal, de kastelen van Ludwig met hun oprijlanen, je ziet ze niet maar de lucht is er zwanger van. Tussendoor loopt Nietzsche schuimbekkend en klapwiekend met zijn hoofd tussen een spanvijs te vloeken dat het allemaal nep, suikertaart en vanille-ijs is, en dat hij zich bedrogen voelt.

9TragedyFriendshipFabre

(artist’s impression)

Arthur Gordon Pym from Nantucket komt tot leven, de oude marinier, de overwintering op Nova Zembla, de Demeter, want Wagner laat een rollend koor aandaveren van een Vliegende Hollander. Een magnifieke vondst van Fabre: de wiegende stuurman, zeeziekte aan boord, en een sirene die met blonde haren en een krakende vertelstem het knerpende houten gebinte van het scheepsruim evoceert. Vederlicht schuiven twee glazen stolpen over het toneel, 4 meter hoog en 3 meter breed, waarin witte amazones dansen met een handboog op de rug, of geschifte schrijvers met raasdige kapsels rookwolkjes tekenen met hun ganzeveders.

Op dat ene feest toen, maakte Fabre een praatje met de wel zeer mooi ouder geworden David Bowie, toen die acteerde in het filmische meesterwerk The Prestige. In deze cinema-parel speelt Bowie een excentrieke miljonair die streng en wijs bemiddelend optreedt tussen twee goochelaars die wedijveren om de ultieme verdwijntruc. In cinema wordt dit verhaal een thriller van duplicate moordenaars. In de glazen stolpen van Fabre wordt dit verhaal een poëzie van opoffering door dansen op de muziek van Wagner.

10TragedyFriendshipFabre

(Christopher Nolan)

Enkele scenes. En wat ik altijd wist en met gerust gemoed kon voelen bij elke Fabre-productie: de blote mensenlichamen zijn beeldschoon zoals je ze nergens anders ziet. En de kronkelende lijven doen gek, maar zijn het allesbehalve: ze genezen zichzelf. Nietzsche moest zichzelf genezen, op zijn manier. De burgerlijke Wagner met zijn dagelijkse kwaaltjes al evenzeer. De scenes van zachte waanzin en repetitieve lichaamstraining zijn niet alleen prachtig om te zien, maar stralen heling uit: dit kun je doen in plaats van jezelf fysiek te beschadigen of psychisch te kwellen. Dit had Nietzsche kunnen weten. Dit heeft Wagner volgehouden.

Want de meeste schrijvers bouwen altijd een intrige en verhaallijn op naar het uiteindelijke climax-ogenblik: dat van de schaamte, en hoe en waarom en door wie en door wat die schaamte er kwam. Fabre begint net bij dit moment, en toont de remedie: wat doe ik met mijn schaamte, kan ik er niet iets moois van maken? Jazeker, dat kan.

8TragedyFriendshipFabre

(Caspar David Friedrich)

In het midden van het toneel een langzaam afwikkelende mummie. Daar omheen gek doende meisjes en jongens. Aan weerszijden twee in aluminium ingepakte ridders. Burgerlijk of niet, kunstenaar of niet, gewone werkmens of niet: elke mens verwerkt zijn waanzin, en zo wordt hij een genezende dans. De verwerking is belangrijker dan hoe en vanwaar dit alles nu precies kwam.

What does it serve? De waarheid dat zowel de dwaas als koning Arthur hun kwellingen dagelijks kunnen verwerken, en dat het leven geen lijdensweg hoeft te zijn, maar een bruisend, ademend, kloppend schouwspel van pure schoonheid.

Dat in het publiek telkens weer mensen elkaar met de ellenboog lichtjes beroeren: deze vrouw met dat zwaard op haar hoofd, die zo langzaam een babbelend groepje inwandelt, wat is zij mooi … Dat meisje dansend met een blauw en groen vuurvliegje, hoe mooi kunnen mensen zijn …

En zelfs het vuur tegen de huid, zelfs de bloem die uit het meisje groeit, zelfs de kaars die dooft door haar lichaamsvocht. Wagner zou zeggen: zélfs. En zou dat blijven zeggen. Nietzsche zou zeggen: vooràl. En zou dat later herroepen.

Of het meest originele tweegevecht met zwaarden dat ik ooit zag: de ridders bevechten elkaar in een daadwerkelijke woeste worsteling, maar de zwaarden raken elkaar nooit. Dit leven is geen lijden, dit leven is een grappig feest: één flauw, onnozel, slap en onopvallend metalen tikje.

11TragedyFriendshipFabre

(Jan Fabre)

Ik weet wat ik ga doen na deze voorstelling. Ik ga heerlijk bourgeois kunnen zijn na een harde werkweek in boerse – geen boertige – arbeid. Want mijn sporen rinkelen, niet omdat ik mij graag aanstel, maar omdat ze nu eenmaal rinkelen als ik wandel. Ik ga heerlijk leven in mijn middenklasse en mijn extreme gedachten theoretisch verbloemd voor mezelf houden. Ik ga voor mijn vrouw zorgen als voor mijn evenbeeld en voor mijn kunstwerkjes als waren het mijn kinderen. Ik ga zo ver mogelijk verwijderde goden slaafs aanbidden, en goden die ik soms ontmoet in het echte leven zo gewoon mogelijk bejegenen. Ik ga het Apollonische onder de mensen brengen en het Dionysische niet laten ontsporen. Ik ga nu voorgoed weten hoe ik met mijn pijn in mijn nek moet omgaan en dit aanleren, vooral als je iemand zoals ik bent die geboren werd met te dunne armpjes. Ik ga vooral niet teveel een schrijver willen zijn.

En ik ga ervan dromen een mensenleven veilig en gezond te brengen naar deze berg. Deze berg bestaat, is zesentwintigduizend meter hoog, vijfhonderdduizend meter breed en er staat een muur rond die zesduizend meter hoog is. Ik weet dat het me ooit zal lukken, ik oefen elke dag.

(Manu Bruynseraede, mei 2013)